Laten we zeggen, off season, een lenteweekfietsrondje naar Engeland, als extraatje in het jaar. C. ging met een gezelschap naar Marokko - des te meer een reden om er een week op uit te trekken.
De eerste dag (zondag 17 maart '13) vertrok ik om een uur naar het pontje van Velsen en volgde vervolgens de LF1 naar Hoek van Holland. "Het winterse weer van de afgelopen leek voor mij te willen wijken," staat optimistisch in mijn aantekeningen. Om 15:45 is het genieten van een portie kibbeling aan het strand bij Noordwijk aan Zee. Het was fris weer, met uiteraard enige stugge tegenwind. Rond half zeven was ik bij de Stena Line in Hoek van Holland, om kwart over zeven lag ik in een kleine binnendekcabine naar voetballen te kijken. Mooie middag, 85 kilometer.
Op maandag lag de boot allang stil toen we om half zeven plaatselijke tijd mochten ontschepen. Het was erg rustig aan boord, er had nog wel een paar honderd man bij gepast. De route (Hart van Engeland) leidde via Wivenhoe naar Colchester, tijd voor een drinkbaar bakkie. In Danbury is er een uitstekende lunch in een mooie pub. Om half vier ben ik na 115 kilometer in Brentwood, in het Brentwood Guest House. Niet erg bijzonder, en Brentwood vond ik over het algemeen fietsonvriendelijk.
Dinsdag leidde de route naar Londen. De route viel een beetje tegen (het blijft een erg grote stad, met snelwegen, geen fietspaden en een geintje van de auteur van Hart van Engeland om de fietsers door een golfveld bij Fairlop te leiden. Dat pad is in de winter onbegaanbaar.) Na de pont bij Woolwich volgde ik linksaf de National Cycle Network RN1 route, richting Rochester. Deze route is een verademing na de rit langs de Eastenders-wijken van Londen, hoewel het (hier en daar) (bv. bij de waterzuivering) onaangenaam stinkt. In een snackbar in een onaanzienlijk rivierstadje Erith aan de Thames snackte ik een lunch. Aan het einde van de middag kom ik in het reisdoel, Rochester aan de Medway. Rochester is een sfeervol toeristisch oud stadje, met een middeleeuws kasteel, een kathedraal en een Russische onderzeeƫr. In de jachthaven logeerde ik in de Sovereign, een b&b in een woonboot bij Bob en Sue, een echte aanrader. Mooie rit van 104 kilometer.
Woensdag ging de rit van Rochester langs de RN1 en de Viking Coastal Trail route (door het noorden van Kent) via Margate naar Ramsgate, iets meer dan 100 kilometer. De route voerde langs Sittingbourne, dat ik het dieptepunt van de aangegeven fietspaden durf te noemen: eerst over een soort glasbak bij het stadion van FC Sittingbourne, en vervolgens over een vuilnisbelt bij een woonwagenkamp). Na Faversham en Whitstable werden de wegen beter voor het fietsen. Op deze dag begon de wind ineens uit het noordoosten te waaien en dat bracht koude lucht naar het Britse eiland. (Achteraf gezien was dit de eerste dag van een drieweekse periode met noordoosten wind, welke maart en begin april in de ijzeren koude greep hield). Ik had wel een prettig rustig hotel, aan de rand van Ramsgate, met uitzicht op de Noordzee, gevonden met behulp van de Garmin.
Op donderdag fietste ik in de ochtenduren naar Dover en stapte op de boot van 12:00 naar Duinkerken, waar ik om kwart over drie verder fietste naar Belgiƫ. Rond zes uur had ik genoeg van de koude tegenwind en vond een hotel (Mon Bijou) in de Panne. 's Avonds at ik een pizza in een bijna uitgestorven pizzeria, hoewel er in de Panne opvallend veel wintertoeristen rondwaarden. Leuk plaatsje, met een mooie rit door een stukje Frankrijk (departement Pas-de-Calais).
Vrijdag nam de wind uit het Noordoosten toe tot krachtig (windkracht 5-6) en reed ik van de Panne naar Breskens, met eet- en drinkpauzes in Oostende en Zeebrugge. Ik kwam om kwart voor vijf bij de pont naar Vlissingen aan. Deze vertrok maar 1 keer per uur: ik moest wachten tot 17:35. Eenmaal in Vlissingen nam ik de trein (18:10) naar huis. Om tien uur was ik home. Ik moest op onze plaatselijke dorpsstraat een stukje omrijden, vanwege een schoorsteenbrand, waarbij het hele huis zo goed als verloren ging.